Wat is Godly Play?
Godly Play is een benadering van begeleiding van de morele en spirituele ontwikkeling van kinderen, waarin de kunst van het gebruiken van religieuze verhalen en beelden al spelend wordt geleerd.
Godly Play is gebaseerd op de sensomotorische pedagogiek van Maria Montessori: het kind helpen het zelf te doen, met gebruikmaking van zintuigen en beweging.
De nadruk op spel is niet alleen een pedagogisch maar ook een theologisch uitgangspunt: je kunt over God praten, en zo proberen te vertellen wie God is, maar God kan ook ontmoet en ontdekt worden in een spel van zoeken en vinden, luisteren en praten, creëren en verwonderen – door ieder mensenkind opnieuw. Het geheimenis van de verborgen aanwezigheid van God leren ontdekken is veel meer dan een cognitieve introductie in een traditie: het is een spel, een heilig en vrij spel.
Godly Play is ontwikkeld door Jerome Berryman en heeft zich al dertig jaar bewezen in verschillende contexten, met verschillende leeftijdsgroepen en in diverse kerkelijke tradities in Amerika en Europa. In de afgelopen jaren heeft deze benadering zich ook verspreid naar Azië en Afrika. Voor het eerst wordt Godly Play nu ook vertaald in het Nederlands en is uitgeprobeerd in verschillende contexten.
De verhalen
Godly Play stelt zich in de traditie van de mondelinge overlevering van de
verhalen uit de bijbel: de verhalen worden verteld en uitgespeeld in een kring. De verhalen uit de bijbel worden ingedeeld in vier genres:
Heilige verhalen
De basisverhalen over de schepping, de ark, de reis van Abraham en de uittocht horen hierbij. Ze geven de luisteraars de mogelijkheid om zich te identificeren met de grote levens-‐ en geloofsthema’s door de verhalen van mensen over hun ervaringen van de verborgen aanwezigheid van God op hun levensweg.
Gelijkenissen
Deze verhalen van Jezus maken gebruik van alledaagse beelden die ons uitdagen om de betekenis van ‘het koninkrijk van de hemel’ steeds weer opnieuw te zoeken en te vinden. De gelijkenissen worden bewaard in gouden dozen, om hun kostbare en raadselachtige karakter te benadrukken – het is moeilijk om een gelijkenis binnen te gaan.
Liturgische verhalen
In deze verhalen wordt de verbinding gelegd tussen het leven en de symbolen in
kerken, zoals de christelijke feesten en de sacramenten van doop en avondmaal.
Stilte
Godly Play vertrouwt erop dat de weg naar het verhaal en naar het heilige niet hoeft uitgestippeld te worden door een verteller: de verhalen bevatten geen conclusie of moraal. De betekenisvolle stilte die gezocht wordt in Godly Play ontstaat door de focus op het verhaal, ruimte om zelf na te denken en met gedachten en verbeelding te spelen, te bidden of te mediteren. Stilte zoeken betekent ruimte maken voor een mogelijke ontmoeting met de verborgen aanwezigheid van God waarvoor geen woorden nodig zijn.
Dat het verhaal centraal staat wordt benadrukt doordat de verteller ook zelf naar het verhaal kijkt zoals het in het midden van de kring wordt getoond. Zo ontstaat er tegelijkertijd concentratie en ruimte om zelf in (stille) interactie te gaan met het verhaal.
De tekst voor de verhalenverteller focust op de kern van de verhalen. De tekst is zo eenvoudig mogelijk, en zorgvuldig en consistent in het gebruik van woorden en gebaren. Het vertellen van het verhaal is een ritueel met een vaste structuur, gevolgd door een tijd voor verwonderingvragen en voor creatieve en vrije verwerking van het verhaal.
De verhalen zijn oorspronkelijk geschreven voor kinderen, maar ondertussen hebben ze hun kracht laten zien voor alle leeftijdsgroepen, en in verschillende contexten -‐tijdens retraites voor volwassenen, in verpleeghuizen en gevangenissen, en gewoon thuis.
De ruimte
Een Godly Play ruimte ziet er ideaal gesproken zo uit:
Rondom in de ruimte staan lage kasten met mooie en aansprekende materialen: voor elk verhaal is er vertelmateriaal. Zo zijn de kinderen in de kring altijd omgeven door bekende en onbekende bijbelse verhalen en creatieve materialen, waardoor ze die zelfstandig en op een speelse manier leren kennen en gebruiken.
Structuur
Kinderen hebben behoefte aan structuur om hun ervaringen te kunnen ordenen, en om betekenis te kunnen geven aan hun ontmoetingen met zichzelf, anderen, de wereld en met God, of het heilige. In Godly Play is het daarom belangrijk dat de ruimte uitnodigend, ordelijk en vertrouwd is voor de kinderen, om zo ook op een non-‐verbale manier te kunnen leren. De materialen voor de verhalen staan rondom de vertelkring, altijd zichtbaar en binnen handbereik voor kinderen. Godly Play bevordert verbindingen tussen kinderen, de aanwezige volwassenen en het verhaal door ruimte voor elkaars perspectief, voor elk spel van zoeken en vinden, vragen en antwoorden, door het verhaal, de ruimte, de materialen en iets lekkers met elkaar te delen. Die ruimte wordt bewaakt –niet beheerst -‐ door de begeleiders, en door hun (groeiende) kunst om de ruimte het gesprek en de verwondering open te houden.
Zelf doen
De aanwezigheid van volwassenen in Godly Play is vooral gericht op het wegwijs-‐ maken van de kinderen: hen leren zelf de materialen te vinden en te gebruiken. Er zijn altijd twee begeleiders aanwezig, van wie één het verhaal vertelt. Beiden proberen zo aandachtig mogelijk te observeren waar de kinderen zijn in hun verwondering en nieuwsgierigheid. Inzichten, gevoelens en ideeën van kinderen worden als legitiem en waardevol gezien en gerespecteerd, en daardoor kan er werkelijk wederzijds geleerd (en zoals Jerome Berryman zegt: gezegend) worden.
Kring
Bij het vertellen van het verhaal zitten de kinderen in een kring met de verteller. Bij de deur wordt iedereen begroet door de andere begeleider die de kinderen helpt om een plek in de kring te vinden, materiaal te zoeken voor zijn of haar verbeelding en verwerking van het verhaal en mee te doen aan de feestelijke
afsluiting. Deze begeleider blijft buiten de kring, om aantekeningen te maken van het vertel-‐ en verwonderingsproces en de interactie, om die na afloop met de verteller te bespreken.
De structuur van een Godly Play bijeenkomst:
binnenkomen, acclimatiseren en rustig worden door een plek in de kring te vinden, en je voorbereiden op het verhaal: ‘ Ben je klaar voor een verhaal?’
vertellen, luisteren en kijken naar het verhaal, om zo een eigen weg naar en in het verhaal te vinden: ‘Ik vraag me af …?’
tijd voor respons: op een zelfgekozen creatieve manier vormgeven aan de eigen respons op het verhaal: ‘Waar wil je nu mee aan het werk?’
tenslotte komt iedereen weer in de kring om feestelijk af te sluiten met iets lekkers, met een spreuk, gebed of lied, en een persoonlijke afscheidsgroet. |